Oefenen met lezen is het allerleukst met een boek zoals Maksie. Dat komt vooral, omdat het een enorm grappig is en omdat het een echt leesboek is. Je hebt nergens het gevoel dat je bezig bent om letters of woorden te oefenen. Gewoon een goed verhaal dat verteld wordt in korte, duidelijke hoofdstukken. En een hoofdpersoon waar je makkelijk verliefd op kunt worden.
Maksie is een hond. Geen grote, domme, altijd kwijlende hond, maar zo eentje die makkelijk in een tas past. En dat is precies het probleem. Want voortdurend komen omaatjes met tassen in de dierenwinkel, op zoek naar dat schattig kleine hondje uit de etalage. Maar Maksie ligt niet in de etalage. Hij ligt onder de toonbank verstopt voor omaatjes met tassen.
Maksie wil zijn droombaasje vinden. Hij wil mee met stoere agent Ben, die elke week op tv boeven vangt. Maar zo’n stoer baasje komt niet in de winkel. En daarom besluit Maksie om maar zelf op zoek te gaan. Ergens in de stad loopt zijn droombaasje rond. Dat moet gewoon lukken. Zolang hij maar uit handen blijft van die enge oma met haar vreselijke tas, die voortdurend achter hem aanzit.
Maksie is een hilarisch avontuur. Vooral wanneer Maksie denkt dat hij z’n droombaas heeft gevonden, wordt het dolkomisch. Misverstand op misverstand volgen elkaar op. De droom van het hondje blijkt eerder een nachtmerrie voor het baasje.
Korte hoofdstukken met grote letters en lekker veel ruimte tussen de tekst, maken het heel prettig leesbaar. Nergens wordt aan het einde van een zin een woord onderbroken, wat het lezen ook makkelijker maakt. Het enige wat ik jammer vind, is dat het geen dyslexie-vriendelijk lettertype heeft. Dit zou namelijk een ideaal boek daarvoor zijn. Wel staan er enorm leuke illustraties in van Jan Jutte, waardoor het een beetje de sfeer van een stripboek krijgt.
Een heerlijk leesboek voor ervaren en minder ervaren lezers.